Eindelijk, eindelijk, eindelijk. Zondag 23 augustus, de eerste oefendag met de vernieuwde zeilploeg van 2020 die eigenlijk ergens eind maart moest plaatsvinden, is een feit. Uiteraard was het corona-virus de grote schuldige maar toen begin juli weer kon gezeild worden, kwam het weer roet (zeilen is toch een milieuvriendelijke sport?) in het eten strooien. O ironie, teveel wind! En dus moest opnieuw uitgekeken worden naar een nieuwe datum, 23 augustus dus. Voorlopig is dat ook onze laatste activiteit want alle extra muros activiteiten zijn vanaf 1 september niet meer toegelaten.
Daar stonden we dan met zijn allen op het middenpleintje aan de slagbomen van de Vlaamse Jachthaven van Nieuwpoort (VYN): de ouders, de schippers (4), de begeleiders (5) en de leerling-zeilers Iman, Guillaume, Warre, Robbe, Noa en Willem. Allen gemaskerd. De tijd dat we maskers associëren met overvallen of carnaval ligt al ver achter ons.
Het vermaledijde virus dwong ons tot nog meer maatregelen. Het met veel bombarie aangekondigde busje van het VTI staat nog steeds op stal. Iedereen moest zelf zijn weg naar Nieuwpoort zien te vinden. Hierdoor hebben we wel met vele ouders kunnen kennis maken!
Lieven verdeelde ons over vier zeiljachten: de vertrouwde Optitus en Beyan, de sportieve Windglider en nieuwkomer Feniks. Voorzien van proviand voor de ganse dag en van flacons handgel vertrok iedereen naar zijn boot, voor mij de Feniks. Het was de bedoeling om in deze kleine bubbel te blijven waardoor we jammer genoeg de rest van de ploeg slechts in de vooravond zouden terug zien.
Schipper Luk kon niet verbergen dat hij in een vorig leven lesgever is geweest. Heel bedaard kregen we uitleg over de kneepjes en weetjes van zijn boot. Hij heeft een aantal handigheidjes aangebracht met het oog op solo-zeiltochten. Vandaag kon hij beschikken over een driekoppige bemanning: Ex-wedstrijdzeiler Koen voor wie het een (te?) rustige dag werd, kayaker Robbe die uit het goede hout is geslepen en zeer snel bijleert: handig met touwen en met veel gevoel aan de helmstok, en tenslotte ondergetekende die ook een rustige dag kende omdat de anderen al het werk deden. Er werd ook afgesproken om in de kuip (in open lucht dus) het mondmasker af te doen.
Na de vakkundige uitleg van Luk werden de trossen losgegooid, de mooie Dovy-vlag en het grootzeil gehesen en voeren we de IJzermonding uit. Er stond veel wind maar eigenlijk was dit prima zeilweer. Zeker ook omdat de regen die we onderweg toch voldoende gekregen hebben, de rest van de dag achterwege bleef. Luk had trouwens beslist om enkele reven in het grootzeil te houden zodanig dat we op zee iets meer comfort zouden hebben. Het kon dus zeker nog schuiner en wilder.
Al snel werd het middag en voeren we terug de haven binnen om rustig het middagmaal te kunnen voorbereiden. Ikzelf wilde mij ook nuttig maken en benoemde mezelf tot kok van dienst. Niet dat ik daar veel ervaring in heb, maar in de pot roeren kan ik wel. Toch is koken op zo’n jacht nog iets anders dan thuis in de keuken. En we lagen dan nog vastgemeerd aan het ponton!
Spaghetti bolognaise stond op het menu. Bij het vullen van de grootste pot die ik kon vinden, begon de kraan al snel te sputteren. De tank was leeg en moest eerst gevuld worden. Ik begon de spaghetti te koken met wat ik aan water had maar al snel bleek dat niet genoeg. Mijn drinkflesje bood nog enig soelaas maar ook dat bleek al gauw verdampt. Veel roeren en klaar was Kees. Afgieten was niet nodig. Dat was op het nippertje. Met de spaghettisaus had ik een probleem van een andere orde. De doosjes bleken nog diepgevroren en ik moest het doen met een heel klein kookpotje. In twee keer dus en ook weer veel roeren. Mijn specialiteit. Even proeven of de saus wel warm genoeg was en ik had prijs. Een duidelijke rode vlek in het midden van mijn witte T-shirt. Ik stelde mij al de preek voor bij mijn thuiskomst. Alsof dat nog niet genoeg was, had ik na het proeven mijn mondmasker weer voor de mond geduwd. Resultaat: een duidelijk zichtbare rode vlek ter hoogte van mijn lippen. Iedereen zou kunnen raden wat ik had gegeten. Gelukkig had ik nog een voorraad nieuwe in de auto.
Enfin, de spaghetti geraakte toch klaar. Meer nog, de bemanning loofde mijn kookkunsten. Ze moesten eens weten … Trouwens, die pluim moeten we volledig op de hoed steken van kokkin Anik.
Na de middag kozen we weer het ruime sop voor een iets langere tocht waarbij Robbe voor het eerst kennis maakte met overstag gaan. De coördinatie tussen de leden van de bemanning kon nog beter maar daarom noemen we dit ook een oefendag.
Na een aantal lussen varen we terug binnen. Met de vele wind en de sterke stroming een moeilijk maneuver dat ervaren rot Luk feilloos uitvoerde. Na de gebruikelijke karweitjes na zo’n tocht nam Luk afscheid van ons met de nodige complimenten. Een verdere samenwerking in de toekomst zag hij zeker nog zitten.
Op het binnenpleintje van deze morgen, zagen we de andere ploegen weer terug en uit hun reacties kon ik opmaken dat ook zij tevreden konden terugblikken op het verloop van deze mooie dag.
Spijtig dat iedereen zo vroeg terug zijn eigen weg moest gaan, maar het zijn nu eenmaal bijzondere tijden. Ooit wordt het weer zoals vroeger, misschien zelfs beter. Veel geduld is de boodschap!